Over Indonesie en Dubai, Java en Bali...
Bali, 27 september 2009.
KORRUPSI, DECENTRALISASI EN STRANDEN.
Sinds het onvrijwillige vertrek van Suharto in 1999 is hier de Reformasi ingetreden. Drie belangrijke elementen van die reformasi zijn een hervorming van het rechtsstelsel, het terugdringen van de corruptie en het decentraliseren van bevoegdheden van Jakarta naar de provincies.
In deze samenhang zou het effect moeten zijn dat de rol van het leger in alle aspecten van het bestuur en de economie van Indonesië belangrijk wordt teruggedrongen.
Wat die bestrijding van de corruptie betreft heeft het land nog een lange weg te gaan. Inmiddels is het op een lijst van 180 landen opgeklommen naar de 143e plaats met de twijfelachtige eer dat landen als Gambia en Syrië net iets minder corrupt zijn en het "geluk" dat Rusland nog net iets corrupter is.
Nu heeft regering de afgelopen jaren niet stil gezeten. Er is een spec iale , vijfkoppige anti-corruptiecommissie in het leven geroepen. Die inmiddels veel corrupte bureaucraten voor de rechte heeft weten te brengen. In een land waar illegale bijverdiensten voor politici en ambtenaren tientallen jaren tot de secundaire arbeidsvoorwaarden hebben behoord is de strijd natuurlijk nog lang niet gestreden. De commissie heeft daarbij blijkbaar haar hand overspeeld door de zwager van de huidige president officieel aan te klagen voor corruptie. Het gevolg daarvan is dat nu een lid van de commissie opeens wordt verdacht van een poging tot doodslag en twee anderen van pogingen tot machtsmisbruik. Alle drie aanklachten waarvan iedere een beetje geïnformeerde Indonesiër je kan vertellen dat deze aanklachten op niets berusten. De idee leeft dan ook strek dat de commissie een beetje te succesvol is geweest en te dicht in de buurt begint te komen van de mensen die in dit land de feitelijke macht uitmaken, inclusief de aanklager die verantwoordelijk is voor de vervolging van de commissieleden. Wat de legitimiteit van deze actie niet sterker maakt is het gegeven dat de president besloten heeft om hoogstpersoonlijk drie nieuwe leden voor de commissie te benoemen om daarmee de formele benoemingsprocedure via het parlement te ontlopen. Formeel mogen deze leden dan een "interim" status krijgen maar dan is het wel genoeg "interim" om de zwager van de president , en zeker ook een aantal anderen, "in veiligheid" te brengen.
Op het hoogtepunt van deze rel zat de president, toevallig of niet, bij de conferentie van de G20 en plakt hij daar nog een paar dagen aan vast om pas begin oktober weer naar het land terug te keren.
Zoals hier gebruikelijk is de kans groot dat alles met een sisser afloopt en de drie "interims' gewoon aan het werk gaan.....
Decentralisatie van bevoegdheden van Jakarta naar de provincies is een onderwerp dat eigenlijk al vanaf het ontstaan van de republiek aan de orde is. Het land is eigenlijk veel te groot en te divers dat een centraal regime op een afdoende en gelegitimeerde wijze het bestuurlijk gezag kan uitoefenen.
Vandaar dat al bij het begin van de onafhankelijkheidsstrijd het idee ontstond dat Indonesië het meeste gediend zou zijn met een federatieve staatsvorm.
Het waren de Nederlanders die ervoor gezorgd hebben dat dit idee al gauw doodbloedde. De Nederlanders zagen een federatie vooral als een kans om invloed te blijven uitoefenen en hun aanwezigheid in de archipel te kunnen continueren. Men rekende er daarbij op dat de Molukken en (delen) van Sulawesi er de voorkeur aan zouden geven aan Nederlands bestuur in plaats van deel uit te gaan maken van de nieuwe republiek. Toen Soekarno en de zijnen lucht kregen van deze plannen en zagen dat de Nederlanders actief in de weer waren om voor hun ideeën steun te krijgen was het idee van een federatieve staat al gauw van tafel.
Als concessie aan de Molukken en Sulawesi werden de bepalingen in de ontwerp-grondwet inzake het exclusief Islamitisch karakter op basis van de Sharia geschrapt.
In de praktijk is sindsdien krampachtig geprobeerd om de eenheidsstaat in stand te houden.
In de loop van de tijd kreeg de republiek meer en meer te maken met opstanden in de buitengebieden waarvan die op Timor, Atjeh en de Molukken de meeste internationale aandacht trokken.
Met name het leger steldezich tteweer tegen een verdergaande autonomie van de buitengebieden daarin uiteraard gesteund door Suharto voor wie het leger z'n directe machtsbasis was.
De civiele regeringen die na zijn val aan de macht kwamen zijn er echter langzaam aan toe over gegaan om een deel van de macht te decentraliseren. De meeste Indonesiërs zijn hier niet echt blij mee omdat er weer een corrupte bestuurslaag aan het ontstaan is wat in de praktijk betekent dat waar je vroeger alleen maar in Jakarta iets hoefde te "regelen" je dat nu eerst in je eigen provincie moet doen om daarna nog eens een keert in Jakarta je zaakjes te bepleiten. Gevolg, meer dan een verdubbeling van de te betalen steekpenningen.
Ook de regering is er sinds een paar weken niet meer zo blij mee nu het regionale parlement van Atjeh besloten heeft om steniging weer in te voeren als straf voor vrouwen die van overspel verdacht worden. Dit gebeurde overigens op slinkse wijze nadat de verkiezingen al achter de rug waren en het parlement en de deelregering demissionair waren. De rest van Indonesië wacht nu af of en wanneer de centrale regering deze maatregelen ongeldig gaat verklaren..
Kortom, genoeg te beleven hier op het politiek/bestuurlijke vlak.
En dan hebben we het nog niets eens gehad over de voorgenomen liberalisering van de markt en hoe de grote hoeveelheid staatsbedrijven zich hierop voorbereidt door te proberen alle distributiekanalen te monopoliseren waardoor het voor buitenlandse bedrijven een stuk minder interessant wordt om in dit land te gaan investeren.
Maar wij waren gisteren, voor het eerst sinds onze aankomst, op het strand. Onze bestemming was Sanur, wat deen van de rustiger strandbestemmingen van Bali heet te zijn. Nu heb ik een ontzettendehekel aan nat zand op m'n lijf, zeker als daar ook nog een dosis zzonnebrandoliemee gemengd is dus ben ik absoluut geen kenner van het strandgebeuren. Het ziet er inderdaad altijd weer mooi uit, zo'n witte strook langs het blauwe water maar dat is niet unie voor Bali. Ook de vele riante en minder riante bungalows vlak bij het strand zijn natuurlijk niet uniek.
Wat hier wel uniek is is het enorme aantal handelaren dat je de hele dag lastig valt met de vraag of je nog iets wilt kopen. Daarnaast komt er welke elke drie minuten een dame langs die vraagt of je gemasseerd wilt worden en, lig je eenmaal op zo'n massagetafel, dan ben je overgeleverd aan de vele familieleden die van de gelegenheid gebruik maken om je, in je ongemakkelijke positie, opnieuw hun handelswaar op te dringen.Op die manier leer je wel gauw het woord "nee" in vele talen uit te spreken. Veel helpen doet het echter niet.
Prettig is wel dat er valk aan het strand voldoende barretjes en terrasjes zijn waar je alles rustig kunt bekijken..
Maar om vier uur 's middags toch maar de taxi gepakt naar ons resort in de heuvels...
Gisteren en vandaag heb ik hier geen nieuwe tekst toegevoegd maar morgen kun je genieten van "Korrupsi, desentralisasi en strand
Bali, 23 september 2009
SUIKERFEEST VOORBIJ , UBUD
Het Suikerfeest is vandaag voorbij. Iedereen is weer terug naar z'n werkstek, wat alleen al op West- en Midden-Java meer dan 450 verkeersdoden tot gevolg heeft gehad. Iedereen die naar z'n geboorteplaats is gegaan stelt z'n vertrek zo lang mogelijk uit om dan in een keer naar de plaats waar hij/zij werkt terug te keren. Op de motor betekent dat vaak dat er zo'n tien tot vijftien uur aan een stuk doorgereden wordt. Door de politie zijn er wel speciale parkeerplaatsen ingericht voor vermoeide auto- en motorrijders maar het schijnt dat daar maar sporadisch gebruik van gemaakt wordt. Het aantal verkeersslachtoffers tijdens het Suikerfeest ligt dit jaar maar liefst 54% hoger dan vorig jaar en waar dat aan ligt weet niemand te verklaren.
Vandaag hebben we twee musea in Ubud bezocht. Ubud ligt hier tien kilometer vandaan en wordt beschouwd als het culturele hart van het eiland. Het inmiddels uit z'n krachten gegroeide dorp trekt sinds het begin van de vorige eeuw ook veel buitenlandse kunstenaars. Mijn slechte inborst vermoed dat dit niet zozeer was om de Balinese cultuur maar eerder om het feit dat de vrouwen hier, tot Soekarno dat in 1949 verbood, hun borsten niet bedekten. In de musea zijn dan ook vanzelfsprekend een groot aantal naaktportretten te zien die niet door Balinese kunstenaars gemaakt zijn. Het zal wel een soort Gauguin-effect zijn geweest. Tahiti was en is nog altijd wat minder makkelijk bereikbaar dan Bali.
Hoewel Ubud inmiddels een toeristisch centrum is voor iedereen die niet naar de kust wil is het toch niet platvloers. Het heeft veel uitstekende restaurants en nog veel meer galeries met werk van hedendaagse kunstenaars die op Bali wonen en werken. Ook de kwaliteit van de souvenirwinkels ligt ver boven wat je in de meeste toeristenplaatsen tegenkomt. Omdat wij gewend zijn om , met uitzondering van boeken, weinig mee te nemen op reis is er, soms helaas, geen ruimte over voor souvenirs. Vandaag hebben we wel wat boeken gekocht in een , zeker voor Indonesische begrippen, ruim gesorteerde, goede boekhandel.
Bali, 23 september 2009
ERFGOED EN WAAROM INDONESIERS GEEN NEDERLANDS SPREKEN.
Nederlanders die naar Indonesië wille afreizen in de hoop daar nog iets van de materiële erfenis van de VOC terug te vinden doen er beter aan om naar Sri Lanka te gaan.
Bijna vier eeuwen koloniale aanwezigheid hebben bijzonder weinig sporen achtergelaten en wat nog rest is een kort leven beschoren.
Van Sudan Kelapa, in Jakarta, de oude handelshaven van het Batavia van de VOC resten nog een ophaalbrug, een vuurtoren en een paar pakhuizen die merendeels in vervallen staat verkeren. De uitzondering op deze regel wordt gevormd door een tweetal pakhuizen dat is opgekocht door "echte Chinezen"',zoals ze hier zeggen als het gaat om Chinezen die China als geboorteland hebben, Met het oog op de vele Nederlandse toeristen hier, naar schatting 60% van het totale aantal, hebben ze deze pakhuizen opgeknapt en er een groot restaurant in gevestigd zonder de oorspronkelijk architectuur veel geweld aan te doen.
Wat ook goed bewaard is gebleven zijn de residenties van de hogere Nederlandse bestuursambtenaren die meteen na de onafhankelijkheid door de republiek in gebruik zijn genomen.
Verder is er weinig meer over. Niet dat Indonesië geen wetgeving kent m.b.t. Behoud van cultureel erfgoed. Er staan zelfs bordjes voor oude panden met het woord monument erop maar dat is vaak ook alles. Oud panden die in het bezit zijn van de overheid worden niet of nauwelijks onderhouden en, omdat ze veelal op plaatsen staan waar de grondprijs door de snelle urbanisatie fors gestegen is, zijn ambtenaren al gauw geneigd om voor een bedragje de andere kant op te kijken als een projectontwikkelaar van mening is dat je de oude troep beter kunt vervangen door hoogbouw of kantoren. Zo is er in de afgelopen decennia in de grotere steden veel verloren gegaan.
Waar de overheid het dus laat afweten zijn het particulieren die het grootste deel van het koloniale erfgoed in stand houden. Als je in de wat oudere wijken van de steden kijkt dan zou je denken dat de Nederlandse aanwezigheid zich beperkt heeft tot de eerste veertig jaar van de vorige eeuw, getuige de vele riante woonhuizen uit deze periode. De architectuur herken je onmiddellijk met als hoogtepunt de vele huizen die in de jaren 'dertig" in een Nederlandse Art Deco stijl gebouwd zijn.
Vooral Bandung kent veel van deze architectonische hoogstandjes, met als hoogtepunt het geheel gerestaureerde hotel Homan. Wat in Bandung opvalt is dat ook de hedendaagse Indonesische architecten zich laten inspireren door deze Nederlandse variant op de Art Deco en daarmee Bandung een aangename stad maken met mooie woonwijken.
De meeste koloniale mogendheden hebben in hun vroegere overzeese bezittingen een onuitwisbaar spoor achtergelaten, namelijk de eigen taal. Fransen, Engelsen en Spanjaarden overal in de wereld zijn landen te vinden die de taal van de koloniale overheerser tenminste als""lingua franca"gebruiken zo niet als de officiële voertaal. Zo niet dus in de voormalige Nederlandse bezittingen in Zuidoost Azië Dit terwijl je toch zou denken dat ,met de meer dan tweehonderd talen die in de archipel gesproken worden het voor de hand zou liggen om het Nederlands als lingua franca te gebruiken. Toch is het het Bahasa Indonesia dat deze functie vervuld.
De reden hiervoor is dat de archipel als veel langer bevaren werd door handelslieden afkomstig van het Arabische schiereiland, India en Chinezen. Het centrale gebied waaromheen deze handel zich ontwikkelde is het huidige Maleisië waar nu eenmaal Maleisisch gesproken werd. Daardoor was het Maleisisch al in de veertiende eeuw, dus ruim voordat de Portugezen en later de Nederlanders zich hier meldden de lingua franca waarmee handel gedreven werd. Omdat de Nederlanders niet echt geïnteresseerd waren in een administratieve kolonisatie en omdat het Maleisisch op zich een niet al te moeilijke taal is werd het Maleisisch de taal waarvan ook de Nederlanders zich hier gingen bedienen.
Met de uitbreiding van de Nederlandse invloedssfeer verbreidde het Maleisisch zich over de archipel met als gevolg dat nu het Bahasa Indonesia, het stiefkindje van het Maleisisch, de lingua franca van de republiek is.
Pogingen van Nederlandse zendelingen om het nederlands in te voeren,met als argument dat de Statenbijbel als het letterlijke woord Gods moest worden opgevat en dat daarom allen Nederlandstaligen goed christenen konden worden, werden in het midden van de 19e eeuw opgegeven.
Daarmee is Nederland de enige ex-koloniale mogendheid geweest die een andere taal dan de eigen als lingua franca voor al hun bezittingen in Zuidoost Azië wist te introduceren.
Bali, 22 september 2009
RAMADAN EN SUIKERFEEST
Op reis gaan in een Islamitisch land gedurende de vastenmaand heeft zo z'n voor- en nadelen.
In hoeverre dit het geval is heeft veel te maken met het land waar je naartoe gaat. Vorig jaar in Oezbekistan hebben we er bijna niets van gemerkt. Zoals overal in de voormalige Sovjet-republieken is de Islam er erg verwaterd, niet in het minst door een zeventigjarige gewenning aan het Russische "watertje"dat wij wodka noemen.
Restaurants waren gewoon open, alcoholische drank vierentwintig uur verkrijgbaar en de enige concessie die men leek te doen om de wat meer fanatieke goedgelovigen niet voor het hoofd te stoten was dat de wodkaflessen niet op maar onder de tafel werden gezet.
Dan is Dubai andere kost. Hier zijn alle restaurants de hele dag gesloten, word je op straat vriendelijk maar dringend gevraagd je sigaret uit te maken en is zelfs een biertje alleen maar na zonsondergang in de internationale hotels te krijgen.
Indonesië zit daar zo'n beetje tussenin. Alle warungs (voedselstalletjes) zijn gewoon open maar waar ze in andere maanden gewoon voor iedereen in het zicht zijn worden ze tijdens de ramadan afgeschermd door doeken, veelal reclemevlaggen die nu een verhullende functie krijgen.
Hetzelfde geldt voor restaurants waar opeens vitrages hangen waar eerder iedereen gewoon naar binnen kon kijken. Eenmaal binnen is alles ook overdag gewoon verkrijgbaar en, mocht dit niet zo zijn, dan zoek je een chinees uitbater die zich sowieso niets hoeft aan te trekken van de Ramadan.
Het enige dat een je een beetje zorgen kan baren is dat de chauffeur die je rondrijdt al vanaf vijf uur 's ochtends niet gegeten heeft en ook niet van plan is om dat voor half zes 's avonds te doen. Rond een uur of twee 's middags zitten ze er echt helemaal door. Maar ook dit is oplosbaar door rond die tijd zelf te gaan eten om de chauffeur de kans te geven z'n dutje te doen.
Een groot voordeel voor de reiziger is dat het overal veel rustiger is dan gedurende de rest van het jaar. Dit betekent vooral dat je minder last hebt van verkeersdrukte maar, omdat iedere moslim gedurende de Ramadan het liefste thuis is, is ook het binnenlands reizen tot een minimum teruggebracht. Dit betekent dat de vele hotels in de steden forse kortingen aanbieden , oplopend tot wel veertig procent van de normale prijzen en dat ze voor een schijntje rijkelijk voorziene Iftar-buffetten aanbieden. 1
Aan het stilvallen van het binnenslands toerisme kleeft voor de bezoeker wel een hinderlijk nadeel bij het bezoeken van toeristische attracties. Het aantal mensen dat daar hun brood verdient met het aanbieden van allerlei goederen en diensten vermindert tijdens de Ramadan nu eenmaal niet wat ertoe leidt dat elke bezoeker bijna besprongen wordt door tientallen verkopers en dienstverleners.. Zijn ze in normale omstandigheden al enorm vasthoudend, tijdens de Ramadan zien ze er geen been in om je bij alles wat je doet te blijven volgen en aan te spreken. Mocht je dan nog niets gekocht of afgenomen hebben dan weten ze je bij je vertrek wel te vertellen dat ze gedurende je bezoek je gids zijn geweest en dat daar een vergoeding tegenover behoort te staan.
Winkels zijn gewoon open. De vastenmaand is een beetje te vergelijken met de kerstweken in Europa . Iedereen bereidt zich voor op het het Suikerfeest2 en bij het Suikerfeest horen cadeautjes, veel cadeautjes en nieuwe kleren, liefst veel nieuwe kleren en om het feestgehalte tot een hoogtepunt te brengen, nieuwe bankbiljetten..Een topmaand voor de middenstand dus.
Ook voor het armere deel van de bevolking is de ramadan een topmaand. Veel rijkere Indonesiërs voelen zich in deze maand opeens geroepen om de filantroop uit te hangen door gratis geld en voedsel uit te delen aan behoeftigen. In veel gevallen is deze filantropie gespeend van alle bescheidenheid. De gulle gever kondigt z'n voornemen aan middels advertenties en/of aanplakbiljetten met als gevolg dat er zich op het uur waarop de liefdadigheid zich gaat voltrekken een massa mensen elkaar staat te verdrukken voor het pand waar de gelegenheid plaatsvindt.
Elk jaar komen er bij dit soort gelegenheden mensen om het leven of raken er gewond. Reden weer voor de politie om in de kranten, op radio en tv de filantropen op te roepen om vooral melding te maken bij de politie zodat deze kan zorgen dat alles in goede banen verloopt. Wat dit in de praktijk betekent is ook weer op tv te zien. Fors gebruik van gummiknuppels als het even uit de hand dreigt te lopen maar vooral het leeggieten van emmers water over de menigte om de hoofden te verkoelen. De betrokken filantropen zijn alleen maar blij als dit soort vertoningen de tv haalt omdat ze er dan van verzekerd kunnen zijn dat hun naam genoemd wordt zodat iedereen weet dat ze goede moslims zijn. Daarna kunnen ze de rest van het jaar weer hun gang gaan om hun zakken te vullen.
Zelfs de president ven dit land doet mee aan deze vertoning. Ter gelegenheid van het Suikerfeest hield hij een maar liefst drie uur durende audiëntie voor het volk op z'n buitenverblijf in Bogor.
Onder het oog van de camera's mochten lammen, blinden en andere gehandicapten daar verzoekschriften indienen om beloond te worden met een enveloppe met inhoud. Een ingewijde wist mij te vertellen dat in die enveloppen standaard een bedrag van honderdduizend Rupiahs zit wat overeenkomt met iets minder dan een weekloon voor een ongeschoolde arbeider hier.
Dat de audiëntie maar drie uur mocht duren zou volgens officiële woordvoerders als reden hebben dat het feestje anders te vermoeiend zou zijn voor de president over wiens mogelijke gezondheidsklachten voor of na het Suikerfeest nooit iets vernomen is maar de gelukkigen zal dit natuurlijk een zorg zijn.
De wat rijkere Indonesiërs zijn ook om andere reden niet heel blij met de Ramadan. Net zoals in China iedere Chinees die het zich kan veroorloven tijdens het nieuwjaarsfeest afreist naar z'n geboortedorp wil iedere Indonesiër die het zich kan veroorloven het Suikerfeest bij z'n familie doorbrengen. Zo ook de vele plattelandsbewoners die in de steden als huisbediende hun brood verdienen.
Nu moet je je voorstellen dat je er met een Nederlands modaal inkomen hier al gauw zo'n vijf bediendes op nahoudt. Zelfs al zou je dat niet willen dan dringt je sociale omgeving je dat wel op.
Omdat de mensen met dit soort inkomens in Indonesië vooral in de steden te vinden zijn vindt er aan het eind van de Ramadan een enorme uitloop van mensen plaats. De Jakarta Post becijferde dat er vorige week zo'n vier miljoen brommers, scooters en motoren met hun berijders (gemiddeld drie) uit Jakarta vertrokken voor het traditionele familiebezoek. Het waren er zoveel dat er zelfs aparte rijstroken voor moesten worden ingericht.
De achterblijvers zitten dan opeens zonder chauffeur, kokkin, kindermeisje, persoonlijke bediende en welke functies je nog meer kunt bedenken en zijn dan ook volledig onthand, gewend als ze zijn om zelfs de kleinste zaken uit handen te geven.
Reden dus om zich en masse in hun grote auto's in de verkeersstromen te voegen op weg naar een hotel waar ze zeker kunnen zijn van bediening. Reden ook waarom het bijna onmogelijk is om in deze week nog ergens accommodatie te vinden als je die niet ruim tevoren gereserveerd hebt.
Dus zitten wij nu een weekje op Bali......
Bali, 22 september 2009/2
BROMMERS, SCOOTERS, MOTOREN EN FIETSEN
Sta je in een Indonesische stad bij een rood stoplicht dan waar je je aan de startlijn van een motorcross. De eerste vijf tot tien rijen verkeer beslaan uitsluitend uit brommers, scooters en motoren. Jakarta en Jogjakarta spannen daarbij de kroon. Jakarta telt 5600 kilometer aan bestrate wegen. Daarop rijden zeven miljoen motorvoertuigen waarvan maar liefst 4,5 miljoen gemotoriseerde tweewielers.
Waar veel Europeanen van middelbare leeftijd zo'n gemotoriseerde tweewieler aanschaffen om zich een schijnbaar gevoel van vrijheid aan te meten daar zouden ze hier eerder een gevoel van permanente beklemming ervaren. Er is werkelijk geen plek waar ze niet te zien zijn. Nooit op hun eentje maar altijd met tientallen. Rijden ze niet dan staan ze op een van de vele motorparkeerplaatsen. Die zijn nodig omdat het gewoon onmogelijk is om je tweewieler zomaar ergens neer te zetten. Elke stop buitenshuis kost je dan ook duizend Rupiahs waarbij de beheerder van het stukje straat dan wel weer toezicht houdt op je helm.
In het verkeer gedragen motorrijders zich net als automobilisten wat betekent dat een motorfiets de gehele breedte van de rijbaan in beslag probeert te nemen. Omdat hier alle categorieën gemotoriseerde tweewielers door elkaar rijden bepalen de langzaamste 50CC motoren de snelheid op de wegen, ook op de paar vierbaans snelwegen in dit land.
Je zou kunnen redeneren dat de verlaging van de gemiddelde snelheid die hiervan het gevolg is tot minder verkeersslachtoffers moet leiden. Of dit daadwerkelijk het geval is moet ik eens proberen uit te zoeken maar het zou me niet6s verbazen als het tegendeel het geval is nu ik heb meegemaakt hoe automobilisten er alles aan proberen te doen om maar zoveel mogelijk tweewielers te omzeilen en/of in te halen. In drie weken tijd heb ik nu al een paar keer het gevoeld gehad net aan de dood ontsnapte te zijn als op het werkelijk allerlaatste moment een tegenligger niet zo vriendelijk was geweest om nog net even die paar centimeters opzij te gaan. Ook met vijftig kilometer per uur blijft dat een griezelige ervaring.
Gemiddeld wordt een tweewieler hier bevolkt door zo'n drie personen. Dat wil zeggen dat naast de vele eenlingen er evenzoveel, vooral gezinnen met kleine kinderen, zijn die zich met z'n vijven op hun motortje verplaatsen . Wat opvalt is dat meer dan negentig procent van hen wel een helm draagt maar dat kleine kinderen daarop nu juist de uitzondering vormen. Niet dat er geen kindermaatjes voor motorhelmen bestaan, die zijn sporadisch wel te zien maar ik vermoed eerder dat veel ouders het te kostbaar vinden om regelmatig een nieuwe helm te moeten aanschaffen omdat hun kind gegroeid is. Ondertussen blijft het natuurlijk levensgevaarlijk, het meest nog voor de stoere jongetjes die tussen de armen van hun vader voorop aan het stuur mogen hangen.
Ondertussen is de tijd niet ver meer dat Jakarta te maken krijgt met een permanent verkeerscongestie waarbij ook de motorrijder al in de file staat direct nadat ' íe z'n huis of stalling verlaten heeft. Het aantal bestrate wegen in Jakarta groeit met 0,01 procent per jaar terwijl het aantal motorvoertuigen met maar liefst tien procent per jaar groeit. Deskundigen hebben op basis van deze gegevens uitgerekend dat Jakarta in 2014 volledig verstopt zal zijn. Pessimisten verwachten dat dat in 2011 al het geval zal zijn. Een van de oplossingen zou natuurlijk zijn om het openbaar vervoer drastisch te verbeteren maar daarvoor lijkt het al te laat zelfs al pleiten diverse kranten ervoor om de gouverneur van Jakarta ministeriele bevoegdheden te geven om op die manier bureaucratische obstakels uit de weg te ruimen .Ondertussen lijkt het lokale politiekorps al een antwoord op de problemen gevonden te hebben. Sinds een paar maanden loopt er een experiment met fietspatrouilles, fietsen zouden in het verkeer van Jakarta sneller en wendbaarder zijn dan wel ander vervoermiddel ook.
21 september 2009, Bali
Beste Lezer,
Je hebt nog veel tekst tegoed over de afgelopen drie weken. Deze week heb ik wat tijd over om elke dag wel iets te schrijven maar vandaag eerst over Bali.....
Sukawati, Bali, 21 september 2009.
Gisteravond zijn we, na een 11 uur durende autorit vanuit Oost-Java, op Bali aangekomen.
Na onze verblijfplaatsen van de afgelopen drie weken zijn baden we nu opeens in luxe, voor 60 euro per dag. We verblijven in een vrijstaande villa op een resort tussen de rijstvelden. Midden door het resort loopt een rivier terwijl we uitkijken op een van de vele tempels op dit eiland.
Kijk maar even op de website om een indruk te krijgen:
http://www.santimandalavilla.com/home.php
Helaas is de regen die is gaan vallen nadat we een uur op dit eiland waren daarna niet meer gestopt en ik zit nu naar het Indonesische tv -nieuws te kijken in afwachting van het weerbericht.
Voorlopig echter gaat het nieuws (nog steeds) over de dood van Noordin Top en zijn voor de zoveelste keer de beelden te zien van de politiebaas die trots de vingerafdrukken van het lijk toont.
Z'n broer in Maleisië was blijkbaar makkelijker te vinden want die wordt nu geïnterviewd met als tussendoortje het avondgebed. In het Arabisch met boventitelingng in het Bahasa Indonesia.
Natuurlijk is het gevaarlijk om, nog geen vierentwintig uur na aankomst op dit eiland wat indrukken weer te geven., maar over een ding durf ik nu al iets te zeggen, het enorme aantal tempels hier.
Je zou zeggen dat je, wanneer je op een eiland woont waar je bij wijze van spreken zo "uit de boom" kunt eten, veel tijd en creativiteit over houdt voor nuttige zaken waar de minder bedeelden op aarde misschien ook nog eens profijt van zouden kunnen hebben. Helaas hebben de Balinezen, nadat ze zich hier in de 13e t/m 15e eeuw gevestigd hebben vooral onnuttig gemaakt met het prijzen van hun Hindoe goden. Dit resulteert in een tempeldichtheid die je nergens ter wereld tegenkomt, ook niet in het moederland van de Hindoes, India.
Nu hebben Hindoes het ook niet makkelijk als je bedenkt dat ze over een pantheon van zo'n drieduizend goden en half-goden beschikken. Daar komt nog eens bij dat de Balinezen de Boeddha ook nog eens aan hun pantheon hebben toegevoegd, waarschijnlijk voor de zekerheid nadat hun voorouders op Midden-Java met hun boeddhistische buren hadden kennis gemaakt.
Om al die goden tevreden te stellen ben je wel een tijdje bezig , hier alweer zo'n eeuw of zes, waarbij het ernaar uitziet dat ze er voorlopig nog niet klaar mee zijn. Vandaag bijvoorbeeld zat het verkeer hier in de omgeving muurvast omdat er in een aantal tempels ceremonies werden gehouden om wat goden gunstig te stemmen. Omdat de tempel vaak aan de openbare tweebaansweg liggen wordt er een rijstrook vrijgemaakt om de toegestroomde gelovigen wat ruimte te geven. Niet in het minst om hun karrenvrachten aan offergaven naar de tempel te kunnen brengen. 1
Wat mij betreft is het monotheïsme toch een stuk makkelijker, het scheelt heel veel tijd, tijd die monotheïsten over houden voor nuttiger zaken zolang ze tenminste niet in het klooster gaan. Wat voor de Balinezen pleit is natuurlijk dat je , met zo'n enorm pantheon, niet al te moeilijk gaat doen als er eens iemand rondloopt die er een ander god op nahoudt. Als al die monotheïsten dat ook eens zouden doen dan hadden ze vast nog meer tijd voor nuttige dingen overgehouden en zou de wereld toch een stukje rustiger zijn.
Op Java
We zijn inmiddels ruim een week op Java. Drie dagen bij familie in Jakarta, daarna met de bus naar Bandung waar we twee dagen gebleven zijn. Vanuit Bandung hebben we de trein genomen naar Yokjakarta. Van daar uit een aantal tochtjes gemaakt onder meer naar de Borobudur en de Panbaran tempels. Ook een lange dag naar Solo en twee bijzondere hindoetempels in de bergen ten oosten van die stad.
Vanmiddag zijn we gearriveerd in Semarang.
Ik had gehoopt meer te kunnen schrijven maar als we al niet onderweg zijn dan moet er ook nog gegeten worden etc. Ook hadden we tot vandaag een hele trage internetverbinding waardoor het uploaden van bestanden een hele tijd duurde.
Ons dag-nachtrhytme is behoorlijk anders dan thuis. In verband met de Ramadan eten we hier onmiddellijk na zonsondergang, d.w.z. tussen half zes en zeven uur. Tussen 9 en tien naar bed en 's ochtends rond vijf/zes uur weer op.
Volgend weekend arriveren we op Bali waar we een hele week in een villa met prive-zwembad zullen verblijven. Daar vind ik wel gelegenheid om wat meer te schrijven. Tot die tijd kun je voor korte berichtjes terecht op mijn facebook.com account (pim van den berg).
Ook kun je (een deel van ) onze reis volgen op http://www.a-trip.com/ ga dan naar het account timjim, daar zie je geanimeerde kaartjes met foto's.
Borobudur
Weblog Java, september 2009
Vanaf 5 september t/m 2 oktober 2009 zul je hier regelmatig tekstbijdragen aantreffen.
Woensdag 2 september 2009,
In Dubai voor een tweedaagse stopover. Even wennen aan de hitte (42 graden C) en de vochtigheid hier. Morgen meer tekst.
Om ons "rondje"van vandaag te zien ga naar :
http://www.a-trip.com/tracks/view/31440
Donderdag 3 september,
Eigenlijk nog nooit vertoond, nomaden die twee generaties later een wereldstad proberen te bouwen. In alle gangbare theorieen over de ontwikkeling van steden is de eerste fase de verdrijving van jagers/berzamelaars door sedentaire populaties gevolgd door ontwikkeling van landbouw en de gestadige opbouw van een centraal gezag. In Dubai worden in een klap een aantal fases overgeslagen.
Hieronder wat ik ervan denk, morgen ook plaatjes.
Dubai, stad voor iedereen, stad van niemand ?
Er zijn maar weinig plaatsen op de wereld die zich zo slecht lenen voor het bouwen van een stad als Dubai. Waar het bestaansrecht van de meeste grote steden in de wereld gevonden kan worden in respectievelijk een dichtbewoond achterland, een strategische ligging of een belangrijke bestuurlijke en/of religieuze functie, voor Dubai gaat dit alles niet op.
Hoewel de autoriteiten hier je wille doen geloven dat Dubai een belangrijke overslagplaats was op de handelsroute tussen Oost- Afrika en India, de feiten spreken dit tegen. Dubai ligt immers achter de Straat van Hormuz terwijl de rechtstreekse route tussen Afrika en Azië ten Zuiden van die zeestraat ligt. Ook het ontbreken van een in economisch opzicht interessant achterland zal niet veel van de vrachtvaarders op deze route ertoe gebracht hebben om Dubai aan te doen. Dit in tegenstelling tot Bandar Abbas en het eiland Kish aan de andere kant van de Perzische golf vanwaar belangrijke handelsroute het grote en an vroeg verstedelijken Iran bedienden.
Op het Arabisch schiereiland kan alleen Aden , in het huidige Jemen , aanspraak maken op een centrale positie in de historische Afrikaans-Aziatische handelsroute.
Politiek/bestuurlijk heeft Dubai nooit iets voorgesteld. Het was een van de vele emiraten aan de Oostkust van het Arabisch schiereiland met een invloedssfeer die nooit verder gereikt heeft dan enkele nabije Bedoeienenstammen in de Arabische woestijn. De weinige handel die er plaatsvond speelde zich vooral af tussen het tegenoverliggende Iran en enkele kleinere steden in het Noordelijk deel van de Perzische golf en was in handen van Perzische kooplieden.
De getuigen hiervan zie je vandaag in wat nog rest van het oude centrum van Dubai, Bur Dubai en Deira aan de andere kant vannn de Dubai creek, waar gebouwen uit het begin van de twintigste eeuw getooid zijn met klassieke Perzische ventilatietorens die hun oorsprong hebben in de provincie Kerman in het huidige Iran.
Een ander argument dat door de autoriteiten van Dubai wordt aangevoerd om Dubai als vestigingsplaats te propageren is het gunstige klimaat dat de stad zou hebben.
Mensen die hier nog nooit geweest zijn zijn snel geneigd dit te geloven, gezien de ligging aan zee en aan de rand van de woestijn. De werkelijkheid is evenwel dat deze stad alleen in de wintermaanden een aangenaam klimaat heeft, de rest van het jaar heeft de stad te maken met erg hoge temperaturen die ook nog eens gepaard gaan met een extreem hoge luchtvochtigheid.
Op het moment dat ik dit ik schrijf, op woensdag 3 december rond 17.00 uur lokale tijd id het buiten 45 graden Celsius in de schaduw met een relatieve luchtvochtigheid van 96 procent. Inmiddels heb ik de ervaring dat een onbeschermd verblijf in de openlucht al na een minuut of tien nauwelijks te verdragen is. Een gegeven dat in het oude Perzie al lang bekend was, reden waarom Bandar Abbas, aan de overkant van de Golf en met eenzelfde klimaat als Dubai, door de Perzen , maar ook door Iraniërs van vandaag, als de minst aantrekkelijke stad om te wonen werd/wordt beschouwd.
Ook vandaag zul je in Bandar Abbas nauwelijks Iraniërs treffen, het merendeel van de inwoners is van Arabische herkomst. Terwijl het eiland Kish, voor de kust van Iran, alleen in de winter als vakantieverblijf voor welgestelde Iraniërs dient.
Toch light hier een heuse stad die , nadat er pas in de jaren zestig van de vorige eeuw olie ontdekt werd in de Emiraten, in rap tempo is opgebouwd. Stedenbouwkundig gezien is daarbij weinig creativiteit aan de dag gelegd. Het Amerikaanse "gridsysteem"is klakkeloos nagevolgd wat inhoud dat hele stukken woestijn langs de kust zijn ingedeeld in blokken an zo'n 700 bij 700 meter, die vervolgens uitgegeven zijn aan projectontwikkelaars. Inmiddels is er sprake van een strip met een lengte van zo'n vijftien kilometer langs de kust die , merkwaardig genoeg , is volgebouwd met hoogbouw. En dan niet zomaar hoogbouw maar gebouwen met hoogtes tussen de 60 en ruim 900 meter.(Het Burj Dubai?Dubai toren, het hoogste gebouw ter wereld, nog niet gereed maar waarvan op 17 januari 2009 het hoogste punt bereikt werd). Waar hoogbouw oorspronkelijk bedoeld was om een zo hoog mogelijk rendement te behalen uit dure grond in historische binnensteden in de Verenigde Staten lijkt er hier geen andere reden te zijn om hoogbouw neer te zetten dan om Dubai zoveel mogelijk op een Amerikaanse stad, of althans wat de autoriteiten van Dubai zich hierbij voorstellen, te doen lijken.
Dat de Amerikaanse zoning-laws als voorbeeld hebben gediend mag blijken uit het feit dat ook voor de hoogbouw hier blijkbaar bezonningsregels gelden wat in de praktijk betekent dat de basis van het gebouw breder is naarmate het gebouw hoger is. Bij het Burj Dubai is het gebouw aan de basis al gauw zo'n driehonderd meter breed.
Naast de hoogbouw spreken natuurlijk ook de nieuw aangelegde eilanden voor de kust tot de verbeelding. Twee eilanden in de vorm van een palmboom zijn al voltooid terwijl een eilandengroep in de vorm van de werelddelen in aanleg is. Deze eilanden zijn bedoeld als luxe resorts voor de "rich and famous"van de wereld die worden aangetrokken met een beroep op het aangename klimaat........
Nu is het natuurlijk wel leuk bedacht, zo'n eiland in de vorm van een palmboom, het jammere is dat je daarvan, zou je er wonen, niets van ziet natuurlijk, terwijl de uiterst inefficiënte infrastructuur die met zo'n ontwerp gepaard gaat op den duur niet anders dan tot ergernis zal leiden. Alleen voor de torenbewoners zijn de eilanden een welkome onderbreking van het verder nogal monotone uitzicht op het vlakke land aan de ene kant en een , door de heersende heiigheid, grijze Perzische Golf aan de andere kant.
Dit neemt niet weg dat sommige van de gebouwen aan de strip architectonische hoogstandjes zijn, waarbij voor mij het beroemde Burj el Arab hotel het moet afleggen voor de twee torens van de Emirates buildings en toch ook wel voor het spectaculaire Burj Dubai, en dat niet alleen voor de tot nu toe ongeëvenaarde hoogte.
Een ander Amerikaans element in de ontwikkeling van he nieuwe Dubai is het enorme aantal shopping malls dat de stad telt. Ook hierbij lijkt het te gaan om de grootste ter wereld te bouwen en om alle `grote wereldmerken`´ van een outlet te voorzien. Om zich te kunnen onderscheiden heeft elke shopping mall wel z´n eigen thema en-of attractie, variërend van het grootste zeeaquarium ter wereld tot ´s wereld langste overdekte skipiste . Spectaculair dat wel, maar het doet niet af aan het weinig verrassende winkelaanbod in de malls zelf, of het moet zijn dat er in de supermarkten veelal een aparte afdeling is voor niet moslims waar varkensvlees verkocht wordt.
Als Dubai geen te benoemen voordelen kent die tot stedelijke ontwikkeling zouden kunnen leiden is de grote vraag natuurlijk hoe het komt dat de stad er toch ligt en, sterker nog, in hoog tempo verder gebouwd wordt, zonder dat er een einde in zicht is.
De economische crisis zou tot enige vertraging hebben geleid en de verkoop van de dure appartementen en woningen in de beoogde resorts zou ernstig te leiden hebben onder de crisis, toch is daarvan in het straatbeeld weinig te merken. Werkelijk overal is bouwactiviteit, waaronder die voor de nieuwe metrolijn die in het oudere deel van de stad zowaar ondergronds gaat.
De stad is in ieder geval geen oplossing voor het opvangen van bevolkingsdruk. Nu al bestaat meer dan tachtig procent van Dubai´s inwoners uit buitenlanders. De autochtone inwoners zijn veelal redelijk welgesteld en lijken weinig geneigd tot het verrichten van de vele taken die nodig zijn om de stad draaiende te houden. Dat lijkt vooral weggelegd te zijn voor de talloze Indiërs, Pakistani en Philippino´s die tegen beroerde salarissen en even beroerde arbeidsomstandigheden hier het inkomen voor hun achtergebleven familie´s verdienen. Als het om het straatbeeld gaat is Dubai, wat mensen betreft, vooral in Indiase of Pakistaanse stad, al was het maar omdat deze gastarbeiders zich geen eigen auto kunnen veroorloven. Voor alle andere inwoners is de auto het koele cocon waarmee de beter bedeelden zich de hitte van het lijf kunnen houden. Voor de niet autobezitter is er de troost van de airconditioned bushokjes terwijl je wacht op de volgende airconditioned bus, die hier in de regel niet lang op zich laat wachten.
De rijkere expats in deze stad zijn tot nu toe vooral betrokken bij de bouw en ontwikkeling van de vele projecten in deze stad, maar het werkelijke doel is om van Dubai een nieuw financieel wereldcentrum te maken. Omdat daarmee de vele investeringen tot nu toe nog niet rendabel te maken zijn moet Dubai ook het shopping en amusementscentrum van de wereld worden. Dat laatste doel zou het groot, groter, grootst van de projecten hier legitimeren. Daarvoor heb je natuurlijk ook het grootste vliegveld ter wereld nodig. Dat is dan ook in aanbouw, inclusief een luchthaven die alleen voor vracht bedoeld is en maar liefst zes start landingsbanen telt.
De doelstelling om Dubai tot financieel wereldcentrum te maken lijkt te realiseren. De ingrediënten hiervoor zijn strenge regulering van de financieel markt, het bieden van rechtszekerheid, met name waar het eigendomsrechten betreft, een redelijke mate van politieke stabiliteit en bijna non existente corruptie gepaard gaande met uitstekend functionerende openbare diensten, allemaal zaken die in de wijde regio om Dubai heen nauwelijks te vinden zijn, laat staan allemaal tegelijk.
Voorlopig lijkt in deze situatie weinig verandering te komen zodat het zeker denkbaar is dat Dubai er in zal slagen tenminste het regionale financiële centrum te worden dat Beiroet in het verleden was.
Voor mij is het een open vraag of het Dubai zal lukken ook het belangrijkste shopping en amusementscentrum van de wereld te worden. De grote wereldmerken zijn niet exclusief in Dubai aanwezig, de attracties hebben per definitie maar een tijdelijke attractiewaarde en zijn, omdat ze geen enkel specifiek lokaal element bevatten, op welke plek ter wereld dan ook te reproduceren.
Daar komt bij dat Dubai weinig specifieke eigen elementen kan toevoegen aan het aanbod. Cultureel gezien hebben de emiraten weinig te bieden en zal het aanbod elders gehuurd moeten worden. De four wheel drive safari´s in de woestijn zijn ook al niet uniek te noemen en voegen voor een steeds milieubewuster wordende consument absoluut geen meerwaarde.
Voor die consument zal het trouwens een schok zijn te ervaren hoe hier energie verspild wordt met als paradoxaal hoogtepunt de extra verwarming van de buitenlucht tijdens het grootste deel van het jaar wanneer de airconditioners op volle toeren moeten draaien om het een beetje leefbaar te houden.
Voor anderen zal het toch wennen zijn om in een stad te zijn waar je je verplaatst van de ene airconditioned cocon naar de andere zonder veel buiten te (kunnen) zijn.
Wat ook niet zal helpen is dat er bij het combineren van het gridsysteem met extreme hoogbouw onvoldoende rekening is gehouden de gevolgen daarvan voor de verkeersintensiteit. Nu al, terwijl de meeste gebouwen nog in aanbouw zijn, is er sprake van een enorme verkeerscongestie. Inmiddels is dit staatje wel in het bezit van een wereldrecord waarover niets gemeld wordt in de vele glossuy brochures; het percentage verkeersdoden ter wereld.
Of de metro in aanbouw enige verlichting zal brengen in de verkeerssituatie is nog maar de vraag in een cultuur waarin openbaar vervoer alleen maar bedoeld is voor de minder bedeelden.
Omdat Dubai over land nauwelijks bereikbaar is is de stad voor de aanvoer van de voorziene bezoekers volledig afhankelijk van de luchtvaart, een sector die, zoals bekend, uitermate gevoelig is voor conjuncturele schommelingen. Ook dat maakt de planning van Dubai kwetsbaar. Daar komt nog een factor bij waarover men hier nauwelijks durft te praten, een mogelijk conflict tussen Iran en andere landen in de regio. Dan ligt Dubai meteen wel erg dicht bij de Straat van Hormuz waar, in dat geval voorspelbaar, oorlogshandelingen zullen plaatsvinden met alle gevolgen van dien voor de lokale economie en ook het luchtverkeer.
Dit alles is aanmerking genomen is mijn conclusie dat Dubai voorlopig een stad is die bedoeld is voor iedereen maar in de praktijk van niemand is, een garantie voor een stad zonder ziel die je in twee tot drie dagen voor gezien kunt houden.....
Wol Dubai werekelijk een toekomst hebben dan zit er voor de huidige machthebbers niets anders op dan de expats die de stad in bedrijf houden een permanente verblijfstitel te verschaffen zodat ze zich de stad ook daadwerkelijk"eigen" kunnen maken.
Odf hiermee het bewijs geleverd is dat je geen stap kunt overslaan ivan de theorie over stedelijke ontwikkeling wil ik hier in het midden laten. Zeker is wel dat er nog maar weinig nazaten van de nomadische Bedoeienen het toekomstige Dubai zullen bewonen.
Om onze whereab outs van vandaag te bekijken ga je naar
Vanaf 5 september t/m 2 oktober 2009 zul je hier regelmatig tekstbijdragen aantreffen.
Woensdag 2 september 2009,
In Dubai voor een tweedaagse stopover. Even wennen aan de hitte (42 graden C) en de vochtigheid hier. Morgen meer tekst.
Om ons "rondje"van vandaag te zien ga naar :
http://www.a-trip.com/tracks/view/31440
(met de bus dit keer, dus maar twee foto's)